Daarnaast zijn in dit standpunt enkele nieuwe inzichten en recente ontwikkelingen toegevoegd. Het gaat dan met name om euthanasie in bijzondere situaties of omstandigheden, zoals euthanasie bij dementie.
Context
In dit standpunt Beslissingen rond het levenseinde worden euthanasie en hulp bij zelfdoding in de context geplaatst van andere beslissingen en zorg rond het levenseinde. Daarbij komen de rol, verantwoordelijkheden, mogelijkheden en begrenzingen van de arts aan bod. Hierbij wordt veelvuldig verwezen naar andere beroepsnormen die voor de arts relevant zijn. Met dit standpunt wordt aan artsen overzicht gegeven en wil de KNMG ondersteuning bieden bij afwegingen die zij moeten maken bij het verlenen van zorg rond het levenseinde.
Euthanasie bij dementie
De afwegingen die een rol spelen bij euthanasie en dementie vormen een onderdeel van dit standpunt. Dit onderdeel is tot stand gekomen binnen het KNMG-project Euthanasie bij dementie. Dit project is gestart om helderheid te geven over het standpunt van de KNMG ten aanzien van dit onderwerp. Daarnaast had het project tot doel om artsen handvatten te bieden voor het verantwoord omgaan met euthanasieverzoeken van patiënten in de diverse fasen van dementie. U vindt dit onderdeel in hoofdstuk 3. De verantwoording ervoor staat in bijlage 1.
Hij of zij
Voor de leesbaarheid hebben wij ervoor gekozen om overal in dit standpunt ‘hij’, ‘hem’ of ‘zijn’ te gebruiken. Uiteraard kunt u daarvoor ook ‘zij’ of ‘haar’ lezen.
Voor u ligt het KNMG-standpunt Beslissingen rond het levenseinde (2021). Dit standpunt vervangt het KNMG-standpunt Euthanasie (2003), het KNMG-standpunt De rol van de arts bij het zelfgekozen levenseinde (2011) en KNMG-standpunt: een nadere uitleg van het standpunt Euthanasie (2012). In dit standpunt zijn de bestaande standpunten en inzichten van de KNMG gebundeld. Hierdoor wordt alle beschikbare informatie overzichtelijker gepresenteerd en beter toegankelijk voor artsen.
Context
In dit standpunt Beslissingen rond het levenseinde worden euthanasie en hulp bij zelfdoding in de context geplaatst van andere beslissingen en zorg rond het levenseinde. Daarbij komen de rol, verantwoordelijkheden, mogelijkheden en begrenzingen van de arts aan bod. Hierbij wordt veelvuldig verwezen naar andere beroepsnormen die voor de arts relevant zijn. Met dit standpunt wordt aan artsen overzicht gegeven en wil de KNMG ondersteuning bieden bij afwegingen die zij moeten maken bij het verlenen van zorg rond het levenseinde.
Euthanasie bij dementie
De afwegingen die een rol spelen bij euthanasie en dementie vormen een onderdeel van dit standpunt. Dit onderdeel is tot stand gekomen binnen het KNMG-project Euthanasie bij dementie. Dit project is gestart om helderheid te geven over het standpunt van de KNMG ten aanzien van dit onderwerp. Daarnaast had het project tot doel om artsen handvatten te bieden voor het verantwoord omgaan met euthanasieverzoeken van patiënten in de diverse fasen van dementie. U vindt dit onderdeel in hoofdstuk 3. De verantwoording ervoor staat in bijlage 1.
Hij of zij
Voor de leesbaarheid hebben wij ervoor gekozen om overal in dit standpunt ‘hij’, ‘hem’ of ‘zijn’ te gebruiken. Uiteraard kunt u daarvoor ook ‘zij’ of ‘haar’ lezen.
Daarnaast zijn in dit standpunt enkele nieuwe inzichten en recente ontwikkelingen toegevoegd. Het gaat dan met name om euthanasie in bijzondere situaties of omstandigheden, zoals euthanasie bij dementie.
Voor u ligt het KNMG-standpunt Beslissingen rond het levenseinde (2021). Dit standpunt vervangt het KNMG-standpunt Euthanasie (2003), het KNMG-standpunt De rol van de arts bij het zelfgekozen levenseinde (2011) en KNMG-standpunt: een nadere uitleg van het standpunt Euthanasie (2012). In dit standpunt zijn de bestaande standpunten en inzichten van de KNMG gebundeld. Hierdoor wordt alle beschikbare informatie overzichtelijker gepresenteerd en beter toegankelijk voor artsen.